Selecteer een pagina

Veel mensen – ‘mijn’ studenten in het bijzonder – schrijven vantevoren, van te voren, vante voren (ik geef toe, pas een keer gezien) en vantervoren. Diezelfde mensen schrijven ook vaak doormiddel van.

Dat je niet helemaal zeker weet hoe je van tevoren schrijft, snap ik nog enigszins. Maar doormiddel van? Hoe kom je erop. Zie je dan niet dat doormiddel niets is? Heeft het voorzetsel dan geen enkele waarde meer? Of weet je niet wat een voorzetsel is?   (“Ooo, de kooiwoorden”, riep een van de studenten.)

Daarom voor eens en hopelijk altijd: het is van tevoren en door middel van.