Selecteer een pagina

Een van de lastigste kwesties van het Nederlands is het wel of niet aaneenschrijven van woorden. De vuistregel is: zoveel mogelijk aan elkaar schrijven, tenzij dat een onleesbaar woord oplevert of er een andere betekenis ontstaat.

Volgens deze regel schrijf je ‘weleens’ dan ook aan elkaar: ‘Ik ben weleens in New York geweest.’

Er is  – helaas – ook een uitzondering. Want ‘eens’ kan niet alleen ‘een keer’ betekenen, maar ook ‘met dezelfde mening’: ‘Ik ben het eens met premier Rutte.’

Alleen in deze betekenis schrijf je ‘wel eens’ los: ‘Ik ben het wel eens met premier Rutte.’

 

Bron: Onze Taal