Selecteer een pagina

Woord van de dag: flessentrekkerij

De tweedejaars studenten tekstschrijven moeten deze week een nieuwsbericht schrijven over een zitting van de politierechter. Bijna alle studenten gingen naar een andere rechtszaak waardoor ik een bonte stoet criminelen voorbij zag trekken in hun berichten. Het bleek maar weer eens dat het echte leven Netflix met gemak overtreft: tienermoeders die herhaaldelijk met een slok op in de auto kruipen, dealers die hun hele dagvoorraad in hun onderbroek verbergen en recidivisten die de rechter bezweren hun leven nu echt op orde te hebben (‘ik heb een vriendin en een dochtertje!’) maar per ongeluk toch nog een taxichauffeur mishandelen.

In de berichten kwam ik een paar maal het schitterende woord flessentrekkerij tegen. Ik dacht altijd dat het een synoniem is van oplichterij, maar de juridische betekenis blijkt daar enigszins van af te wijken Een flessentrekker is iemand die ‘een beroep of gewoonte maakt van het kopen van goederen zonder volledige betaling’. In België is de juridische betekenis nog iets anders: een flessentrekker is daar iemand die zonder te betalen overnacht in een hotel of bijvoorbeeld tankt zonder te betalen. Je bent ook een flessentrekker als je zonder te betalen eet in een restaurant. De Belgen noemen zo iemand ook wel tafelschuimer, ook al zo’n prachtig woord.

 

 

Godverdomme

Blunder tijdens live-uitzending Radio 1”, kopte de Telegraaf gisteren. Nieuwsgierig klikte ik op de link en viel in een gesprek tussen presentator Lara Rense en correspondent Wessel de Jong over KLM-Air France. Er ging kennelijk iets mis met de verbinding en zowel Lara als de luisteraars hoorden een hartgrondig ‘godver’ over Wessels lippen komen. Lara reageerde ad rem en improviseerde professioneel. Je bent een door de wol geverfde presentator of niet. Tot zover de ‘blunder’. 

Een van de eerste dingen die ik dertig jaar geleden als beginnend nieuwslezer leerde was: ‘Vloek nooit tijdens de uitzending en verklaar niemand de oorlog’. Je weet immers nooit zeker of de microfoon wel écht dicht staat. Terug naar de vloek van Wessel. Wie of wat vervloekte hij met zijn ‘godver’? De Almachtige? De falende techniek? Zichzelf? Dat laatste, want ‘godverdomme’ is een zelfverwensing. De oorspronkelijke betekenis van deze samentrekking stamt uit het Middelnederlands en luidt ‘God moge of God moet mij verdoemen (als ik de waarheid niet spreek)’.

Godverdomme was begin twintigste eeuw zelfs onderwerp van een moraaltheologische discussie in Nederland en Vlaanderen, met als belangrijkste deelnemers pater Aertnys, monseigneur Waffelaert en professor Dignant. Inzet was de vraag of godverdomme nu godslasterlijk was of niet. En zo nee, wat het dan wel was. Als je met godverdomme God verdoemde, de verdoemenis wenste aan God, dan was het voor de christen een doodzonde. De commissie kwam tot de slotsom dat het geen godslastering was, maar een zelfverwensing en dus geen doodzonde.

Maar wie godverdomme toch als blasfemie in de oren klinkt, kan gerust stevig van zich af vloeken met een grappige of eufemistische klankvariant als potdikkeme, potdomme, potdorie, potdosie, potdulle, potjandorie, potjandosie, potjandriedikkie, potjandriedubbeltjes, potsamme, pottedorrie, potver, potverblommekes, potverbrillepap, potverdekke, potverkoffie, potverdepotver(depotver), potverdikke, potverdikkeme, potverdikkie, potverdimme, potverdomd, potverdomme, potverdonderdag, potverdorie, potverdrie, potverdriedubbeltjes, potverdulle, potverdulleme, potverdumme, potvergeme, potverjandorie, potverjandriedubbeltjes, potverju, potverpielekes, potverpiemeltjes, potversnitjekus, snotdomme, snotdorie, snotdosie, snotjandoppie, snotsie, snotter, snotters, snottomme, snotver, snotverdee, snotverderrie, snotverdikke, snotverdikkeme, snotverdikkie, snotverdimme, snotverdomme, snotverdoppie, snotverdorie, snotverdrie, snotverdubbe, snotverdulleme, snotvergeme, snotverpielekes, snotversnaatje, snotversnooie, snotversnuppie.

(Bovenstaande opsomming komt uit Vloeken, een cultuurbepaalde reactie op woede en frustratie van P. van Sterkenburg, Sdu Uitgevers. Meer over vloeken: in september 2018 verschenen bij uitgeverij Lannoo Het Groot Nederlands Vloekboek en Het Groot Vlaams Vloekboek)  

Woord van de dag: verbouwereerd

Op het fietspad slingert een man van links naar rechts. Dat komt omdat hij met één hand een sigaret uit een pakje prutst en met de andere hand zijn telefoon vasthoudt waarin hij hard schreeuwt in een moeilijke taal – Bulgaars? Servisch?

‘Pas op,’ zeg ik als ik hem voorbij fiets.

‘Optyfen, koet,’ schreeuwt hij me achterna. Daar is dan weer geen woord Roemeens bij.

Verbouwereerd fiets ik door. Voor de zekerheid wat sneller dan eerst. Wat een droploel.

 

Verbouwereerd betekent onthutst, verbijsterd. Het komt van het Middelnederlandse verbabeert dat ook onthutst betekende. Sommige mensen spreken het uit als verbrouwereerd, wellicht omdat je wenkbrauwen omhoog gaan als je verbijsterd bent? Maar correct is dus de versie zonder r: verbouwereerd.