Selecteer een pagina

De tweedejaars studenten tekstschrijven moeten deze week een nieuwsbericht schrijven over een zitting van de politierechter. Bijna alle studenten gingen naar een andere rechtszaak waardoor ik een bonte stoet criminelen voorbij zag trekken in hun berichten. Het bleek maar weer eens dat het echte leven Netflix met gemak overtreft: tienermoeders die herhaaldelijk met een slok op in de auto kruipen, dealers die hun hele dagvoorraad in hun onderbroek verbergen en recidivisten die de rechter bezweren hun leven nu echt op orde te hebben (‘ik heb een vriendin en een dochtertje!’) maar per ongeluk toch nog een taxichauffeur mishandelen.

In de berichten kwam ik een paar maal het schitterende woord flessentrekkerij tegen. Ik dacht altijd dat het een synoniem is van oplichterij, maar de juridische betekenis blijkt daar enigszins van af te wijken Een flessentrekker is iemand die ‘een beroep of gewoonte maakt van het kopen van goederen zonder volledige betaling’. In België is de juridische betekenis nog iets anders: een flessentrekker is daar iemand die zonder te betalen overnacht in een hotel of bijvoorbeeld tankt zonder te betalen. Je bent ook een flessentrekker als je zonder te betalen eet in een restaurant. De Belgen noemen zo iemand ook wel tafelschuimer, ook al zo’n prachtig woord.