Wij hadden laatst op het werk een interessant gesprek over de bijdrage van de Nederlandse snackcultuur aan de Nederlandse taal. Iemand vroeg zich af of de “berenlul” daadwerkelijk een benaming was voor een snackproduct. En, inderdaad, de “berenlul” is “een snack gemaakt van een rolletje gehakt vlees”.
In de legendarische film Spetters van Paul Verhoeven speelt de snackbar een prominente rol. Ook omdat Renée Soutendijk, in een geel hemdje zonder bh eronder, de frituur bedient. In een prachtige scène vraagt een klant haar: “Geef mij maar twee van die neukpatronen en een berenlul.”
Wat is dan een “neukpatroon”? Dat is soldatentaal voor een hardgekookt ei (de fabel wil dat het eten van eieren goed zou zijn voor de potentie).
Seks en ziekte doen het goed in de benamingen voor verschillende snacks, waarbij vooral de frikandel tot de (niet heel erg ontwikkelde) verbeelding lijkt te spreken. Een frikandel met mayo heet ook wel een “lange met zalf”, eentje met satésaus “een lul met poep”, en een frikandel speciaal (mayo, ketchup/curry en uitjes) wordt ook wel een “open ruggetje” genoemd.
Opvallend is het dedain voor het voedsel dat uit die platvloerse benamingen spreekt. Alsof de eter ervan wil benadrukken dat hij ook wel weet hoe ranzig het is wat hij allemaal in zijn muil kiepert – bij voorkeur na een nachtje liederlijk drinken.
In dezelfde respectloze context kan je de uitdrukking “een diagonaaltje trekken” plaatsen. Hierbij dient men in een diagonaal van linksboven naar rechtsonder alle poortjes van de snackmuur te openen om vervolgens het achterliggende product te verorberen.
Ik heb dit ooit iemand echt zien doen. Hij dwong daar destijds respect mee af, maar achteraf kwam alsnog de plaatsvervangende schaamte, zowel bij hem als bij ons, die hem zo enthousiast hadden aangemoedigd.
Prachtig, Binnert!
Heette een broodje tartaar in Den Haag niet ‘een broodje geramde rat’? (met een Haags accent uitgesproken klinkt dit overigens nog mooier)
Ik vind hem prachtig. Weet wel dat er in Den Haag een snackbar was waar je een “broodje speklap met mayo” kon bestellen.
De opa van mijn vrouw, ooit internist en directeur van een ziekenhuis in Utrecht, zei tegen nette bezoekers: ‘Heeft u ook trek in een berenlul?’ Daarmee bedoelde hij den croquet.
Goed verhaal, Binnert. Twee aanvullingen:
1 Bij ons (Valkenswaard, Noord Brabant) heet een frikandel speciaal een ‘open been’.
2 Een vroegere verkering van mij die van de kustvaart kwam had het behalve over ‘neukpatronen’ (inderdaad eieren, in welke vorm dan ook, liefst in grote getalen gegeten voordat men ging passagieren) ook over ‘schijtpatronen’: bruine bonen. De relatie heeft niet lang geduurd.
Smakelijk stuk, Binnert! Ik stuur dit ook even door naar Snackspert, die ik niet ken, maar met veel genoegen volg op Instagram.
Watertandend artikel!
Hier de culinaire ‘kapsalon’ uit Ouderkerk:
friet bedekt met shoarma, afgetopt met kaas, even onder de grill, salade erop, sambal en/ of knoflooksaus erbij en happen maar