‘Jongedame, wat zijn wij hier aan het doen?’
‘Ik ben overlast aan het veroorzaken, agent.’
‘Daar was ik dus al bang voor. Doe je dat thuis ook?’
‘Nee, daar veroorzaak ik hinder.’
‘Dat is hetzelfde, lummel. Maar hier is het sowieso allebei verboden.’
‘Nee hoor, de winkel is nog open, er staat dat het dan wel mag.’
‘Nee, dat staat er niet. Er staat dat je dan, wacht even, wat staat daar nou? Ga voor de zekerheid maar ergens hinder of overlast veroorzaken waar het altijd mag.’
Artikel 461 is trouwens ook een mooi voorbeeld van kromtaal:
Hij die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, zich op eens anders grond waarvan de toegang op een voor hem blijkbare wijze door de rechthebbende is verboden, bevindt of daar vee laat lopen, wordt gestraft met geldboete van de eerste categorie.
Hahaha, een gedrocht inderdaad
Lummel tegen een meisje, is dat het toppunt van emancipatie? :-))
Nee, hij zegt ‘jongedame’ tegen een jongen.
Wat een lummel van een agent dan. (Ik begrijp hoe jij het leest.)
Wie wel bevoegd is, kan ongehinderd de hele dag tekeer gaan….