Selecteer een pagina

Van bijzondere docenten weet je vaak niet eens meer wat ze je exact leerden. Je herinnert je  vooral een onbestemde sensatie van welbehagen, als bij een verschoond bed of een haardvuur dat weer eens aan mag.

Dat is Marlies Philippa voor mij. Ik studeerde Nederlands en zij was als hoofdredacteur een compleet Nederlands etymologisch woordenboek aan het bouwen. Ze kon Zweeds, Oudgermaans, Arabisch en Fries en had twee pretoogjes staan in een olijk, rond gezicht. Ze beschikte over een mer à boire aan wetenswaardigheden, die wij gulzig innamen. Het woord ‘cliché’, zo vertelde ze,  is waarschijnlijk een onomatopee; een woord dat de klank nabootst van datgene waarnaar het verwijst. Het is het geluid dat een drukpers maakt. Te mooi om niet waar te kunnen zijn.

Een jaar na haar boeiende colleges las ik in de krant dat er weer een nieuw deel van het woordenboek af was. Ik had een bijbaan gevonden en werkte die avond in het Concertgebouw, routinematig flessen ontkurkend met de flauwe zucht waarmee het officieel moet. De eerste helft van het concert was nog bezig, toen een kleine vrouw in een feestelijk, zwart glinsterjasje de nog lege foyer in kwam stappen. ‘Een glas champagne graag.’ ‘Natuurlijk, mevrouw Philippa.’ Ze voelde zich even betrapt maar herpakte zich nadat ik haar feliciteerde met het bereiken van de mijlpaal. Mensen die in hun eentje een glas champagne bestellen zijn leuke mensen, had ik al geleerd.

Dat ik door haar nog steeds weet waar ‘ellende’ vandaan komt, is omdat ik het tot in den treure als fun fact aan al mijn vrienden en familie heb verteld. Het eerste lid is ‘el’, dat ‘ander’ betekende, denk maar aan ‘elders’ en het Engelse ‘else’. In het tweede lid is het niet moeilijk om nog ‘land’ te herkennen. Je bent dus in een ander land, het buitenland, als je ellendig bent. In lang vervlogen tijden, van stadstaten en struikrovers, stond de straf verbanning bijna gelijk aan de doodstraf. Je moest naar een plek zonder sociaal vangnet, een beschermende stadsmuur of rechten. Dan was en voelde je je dus: ellendig.

In 2019 voel je je in het meeste buitenland niet meer ellendig, tenzij je last van heimwee hebt zoals die arme Roy Donders in Expeditie Robinson. Reizen hoort zelfs bij een deugdzaam leven. Je hoeft je niet te schamen om een tussenjaar in Australië te nemen en als Nederlanders wordt gevraagd wat ze willen doen met hun pensioen, dan zal menigeen met  dromerige blik antwoorden ‘zoveel mogelijk van de wereld te willen zien’. Toch zou het terecht zijn als we weer eens wat vaker denken aan de oorsprong van het woord ‘ellende’, want de invloed van mondiaal toerisme is wel degelijk ellendig. Werelderfgoed gaat aan eigen succes ten onder door al die schuifelende schoenen. We vliegen er ieder jaar een hittegolf bij, om maar te zwijgen over het plastic.

De schrijver Godfried Bomans heeft ook al eens uitgelegd dat reizen de illusie van geestelijke groei biedt om er bij thuiskomst achter te komen dat jijzelf en je dierbaren eigenlijk niet veranderd zijn. Mijn advies: blijf een vakantie thuis, koop alle delen van Philippa’s woordenboek en reis door de tijd. Geestelijke groei gegarandeerd.