Selecteer een pagina

Woord van de dag: Markant

Sinds dit schooljaar hebben wij een nieuwe kantine: een soort La Place met eenvoudige saladebar, voorverpakte broodjes en zakjes mayonaise voor 25 cent. Ook er een Indisch ‘standje’ waar dagelijks een rij staat voor een plastic bakje hete kip of rendang.

Collega J. is daar vaste klant. Bijna elke dag gaat hij óf naar de slager om de hoek, óf naar deze plek. Zijn lunch: graag iets met een kippenpoot. Toen hij vandaag handenwrijvend door de docentenkamer liep, en opschepte over de nasi mét kip die hij net verorberde, kon collega N. het niet laten op te merken: ‘Wat ben je toch ’n markant persoon’.

Markant betekent: kenmerkend, tekenend, bijzonder. Het woord is ontleend aan het Franse woord ‘marquant’, dat opvallend betekent.

 

Woord van de dag: mallemolen

Die eerste werkdag na het kerstreces: een volle mailbox, kleffe broodjes kantinekaas en zoenende collega’s met sterke verhalen. Ik denk met weemoed terug aan mijn vakantie met zon, bergen couscous en acht fijne boeken.

Vriend J merkte (terecht) op: ‘einde van de dag zit je weer lekker in de mallemolen van het werkende leven’.

Mallemolen betekent draaimolen, carrousel, chaotische toestand. Het woord verwijst ook naar het middelnederlands ‘mallen’: dwaasheden uithalen, en het inmiddels verouderde ‘mallewagen’: de wagen van de leden van een narrengilde.

Maar mij hoor je vandaag niet lachen.

Woord van de dag: achterklap

Elke dag mag ik van mezelf een half uurtje langs roddelsites surfen. Even gedachten op nul en me verdiepen in de vermeende zwangerschap van Sabia of de drie gezinnen van die ouwe snoeperd Harry Mens.

Ook collega M. heeft een zwak voor dit genre. Ze maakt er zelfs voor een professioneel medium berichten over. Onder een alter ego, weliswaar.

Favoriete internetpagina: ‘Achterklap’ van www.nu.nl.

Achterklap betekent ‘kletspraat, praten achter iemands rug om’, en komt van het Middelnederlandse  clappen (praten). Mijn favoriete synoniem van dit woord: labbekakkerij.

Zo, en nu ga ik weer even surfen.

Woord van de dag: Crapuul

Gisteren interviewde ik een bekende grappenmaker. We spraken over de krochten van de journalistiek, en kwamen al snel terecht bij één specifiek persoon: een musicalliefhebber die bijna elke dag present is bij RTL Boulevard.

‘Crapuul’, zo noemde de kleine, bebrilde cabaretier de beste man. Waar komt dat woord vandaan? ‘Geen idee’, antwoordde hij, ‘maar het betekent tuig’.

Crapuul komt van het Franse ‘crapule’, dat is overgenomen uit het Latijn, waar crapula ‘roes’ en ‘brasserij’ betekent. Nóg een betekenis, en waarschijnlijk die waar de man aan refereerde: een onbeschaafd persoon. Ook wordt het nogal vaak gebruikt als meervoudsvorm voor gespuis; gepeupel; uitschot.

Ook W.F. Hermans liet zich verleiden tot gebruik. ‘Gerard, dat onbehouwen stuk crapuul’, stond in de roman ‘Uit talloos veel miljoenen’ (1981).

En het is een woord dat ook graag door de Vlamingen wordt gebruikt.

‘Albert, stuk crapuul dat gij zijt.’